Gisteren was de start van de jaarlijkse Kilifair in het nabij gelegen stadje Moshi. De vakantiebeurs van Tanzania. Natuurlijk is een bezoek aan deze beurs onmisbaar voor mijn werk. Maar ik vind het heerlijk om de standjes af te struinen, nieuwe plekken te ontdekken en een praatje te maken met oude bekenden. Aan prachtige en avontuurlijke bestemmingen ontbreekt hier niet; wat dat betreft hebben we eigenlijk nog maar weinig gezien!

Tegelijkertijd hebben we gedurende de elf jaar in Afrika ook al heel veel moois en bijzonders mogen bezoeken. Het is bijna onmogelijk om hier een top 3 of zelfs maar top 10 van te maken. Maar toch deel ik vandaag drie van de meest speciale plekken in Oost-Afrika met jou!

1. Kidepo Valley National Park in Oeganda

Op weg naar het afgelegen Kidepo National Park

Het is één van de minst bekende en tevens meest afgelegen gebieden in Oeganda. Te bereiken per vliegtuig of over land tijdens een twaalf uur durende autorit. Geïsoleerd in het uiterste noorden van het land, op de grens met Soedan, werd dit park tot voor kort nauwelijks bezocht. Tot 2006 dwaalde de gevreesde LRA hier namelijk nog rond, waardoor de noordelijke helft van het land zo goed als ontoegankelijk was.

Ongerept

Tijdens onze zeven jaar in Oeganda heb ik Kidepo National Park tweemaal mogen bezoeken. De eerste keer in 2009, de sporen van de oorlog nog vers. De rit ernaar toe is lang maar zó mooi. Een rode murram weg slingert door kleine dorpjes met lemen hutjes, door een groen, glooiend landschap richting de grillige pieken van de Morungule Mountains. In het park rijdt je over de uitgestrekte savannevlaktes, doorspikkeld met Borassus palmbomen.

Wild is er in kleine aantallen, ook een souvenir van de turbulente geschiedenis van Oeganda. En de dieren die er te vinden zijn, zijn behoorlijk schuw. Maar met een gemiddeld aantal bezoekers van nog geen 10 per dag (Serengeti National Park telt bijna 1000 per dag!), is Kidepo National Park een heel bijzondere plek waar ik graag nog eens naar toe ga!

Adembenemend uitzicht over Kidepo Valley National Park

Leeuwen argwanend in Kidepo Valley National Park

2. Ngorongoro krater in Tanzania

Van een onontdekt gebied naar één van de meeste bekende wereldwonderen: de Ngorongoro krater. Ondanks de pogingen om het aantal bezoekers aan banden te leggen, gaan er jaarlijks nog veel meer toeristen de krater in dan het naburige Serengeti National Park. En dat is ook wel te merken als je rondrijdt op de bodem; je volgt vaker safariauto’s dan wilde dieren!

Toch is de krater een adembenemend fenomeen. Misschien geniet ik er nog wel meer van óp de rand dan erin. Wanneer je daar staat, met de krater uitgestrekt aan je voeten, bevind je je letterlijk aan een stukje paradijs op aarde. Het is de grootste ingestorte vulkaan ter wereld, met een doorsnee van zo’n 20 km en omringd door een 600 meter hoge steile wand. De vlaktes, bossen en meren worden bewoond door tienduizenden dieren, het dichtstbevolkte wildgebied ter wereld. Wanneer de Big 5 absoluut niet tijdens je safari mag ontbreken, dan is deze plek je beste kans om alles te zien!

Ngorongoro krater, dierenparadijs op aarde

Jong en oud genieten samen op de rand van de Ngorongoro krater

3. Berggorilla’s in Oeganda

Verbaasde blik van gorilla in Bwindi Forest in Oeganda

En dan ga ik toch weer terug naar buurland Oeganda. Eén van de weinige plekken ter wereld waar je in de nabijheid van de berggorilla’s kunt komen. En met nabijheid bedoel ik een paar meter, zonder de bescherming van een auto ertussen. In de afgelopen jaren heb ik deze vriendelijke reuzen enkele keren mogen bezoeken en het is zonder meer één van de meest onvergetelijke ervaringen.

Ook het aantal bezoekers aan de gorilla’s wordt streng ingeperkt, niet alleen in het toegestane aantal per dag (6 per gorillafamilie) maar ook door de alsmaar stijgende prijzen van de gorilla permits. Desondanks lijken deze kosten, oplopend tot US $1500 per persoon, toeristen niet te weerhouden.

Magisch

Om bij een gorillafamilie te komen, staat je eerst een stevige wandeling door het nationaal park te wachten. Een pad is er niet, je moet je letterlijk een weg door de jungle slaan. Het gaat berg op en berg af, en niet zelden ben je net helemaal naar boven geklommen, om daar te horen dat de gorilla’s inmiddels al weer zijn afgedaald.

Maar eenmaal de gorillagroep bereikt, is deze uitdagende tocht al snel vergeten. Het is magisch om de wilde dieren van zo dichtbij te observeren, om voor even deel uit te mogen maken van hun wereld. Zeker wanneer de baby’s speels een takje in jouw richting duwen, over elkaar heen buitelen of wanneer de indrukwekkende silverback zich een keer lui uitrekt. Het zijn dieren waar je geen genoeg van kunt krijgen en die we niet zomaar van de aardbodem mogen laten verdwijnen!

Baby berggorilla in Bwindi Forest National Park

Zonsopgang in Bwindi Forest National Park

En wat is voor jou de meest bijzondere plek die je ooit bezocht hebt?