Met een lang Paasweekend voor de boeg kunnen we de verleiding niet weerstaan om sinds lange tijd weer op safari te gaan. De eerste keer in 2016, de eerste keer met z’n vieren!

Als er een park is in Afrika waar het onmogelijk is om géén olifanten te zien, dan is dat Tarangire wel. Ook ditmaal hoeven we geen moeite te doen om de talrijke families te spotten. Andere dieren laten zich door het lange gras echter wat moeilijker zien.
Wie wel onmisbaar aanwezig zijn, en in minstens net zo’n groten getale als de olifanten, zijn de tseetseevliegen. Als bijen op een honingpot zwermen ze om de auto, blijven op de motorkap plakken en zodra we uitstappen storten ze zich vol agressie op onze blote benen en armen. Alleen Lisan komt ongeschonden uit de strijd, dankzij de klamboe om haar maxi-cosi. Overigens lijkt zij zich nergens druk om te maken; ze doet haar dutjes in de auto als we rijden, zwemt gezellig met ons mee in het zwembad en bekijkt nieuwsgierig de vreemde gezichten die boven haar kinderwagen hangen.

Met Julian en Lisan op uitkijkpunt in Tarangire National Park

Eenmaal weer terug op de farm brengen we hier een rustige tweede Paasdag door. Met het kwik dat de 30 graden ruimschoots overschrijdt, biedt alleen het zwembad nog wat verkoeling. Zeer vervelend ;-)!

En warempel, ook de Paashaas weet onze tuin te vinden en laat er een verzameling gekleurde eieren achter. Uiteraard is er wel wat haast bij geboden om de chocolade-eieren te vinden, voordat ze compleet gesmolten zijn. Gelukkig is Julian erg bedreven in zijn zoektocht en onderzoekt elk bloemetje en blaadje dat hij tegenkomt. Maar ja, hoe leg je een 3-jarige uit dat hij nu echt álle eieren gevonden heeft…?